https://www.ministrando.org/sitemap.xml.gz

Ontkerkelijking

[ volledige tekst: Ontkerkelijking en de afzwakking van de moraal ]


1. De ontkerkelijking leidt tot de totalitaire staat

(de meeste mensen in de westerse wereld zullen dit een onzinverhaal vinden. Toch is de enige weg om vreselijke ellende in deze eeuw te voorkomen, de openheid voor een Hogere Macht, die zich buiten het Zijn bevindt, en die een appel op ieder individu doet om zich verantwoordelijk, dit is als een goed mens, te gedragen. Ik besef dat ik mij hierdoor bij velen belachelijk maak, het zij dan maar zo)

De ontkerkelijking is aan de ene kant een goede zaak, aan de andere kant heeft het geleid tot een enorm verlies. Het was een goede zaak omdat we ons bevrijd hebben van heel wat ballast, hypocrisie, een waanzinnige seksuele moraal en van macht van mensen die in feite geen wereldse macht mogen uitoefenen. Diegenen die ondanks dit alles toch zijn blijven geloven, vormen een kleine kern van ware gelovigen.

Het nadeel van de ontkerkelijking is dat we het contact met de Oneindige zijn kwijtgeraakt (na deze zin zullen de meeste mensen afhaken. De verklaring hiervan laat ik over aan Freud). Dit betekent dat ons leven, ons denken en voelen, beperkt blijft tot de zichtbare wereld. Levinas noemt dit de totaliteit. We leven daarom, zonder het te beseffen, in een totalitaire staat van het consumentisme, het materialisme en het rationalisme. We staan niet meer open voor wat buiten die totaliteit is, voor wat ’buiten het zijn’ is. Dit laatste wordt door velen verworpen. Zij zien niet meer de mogelijkheid (in feite de zekerheid) van een „werkelijkheid” aan gene kant van het Zijn. Die mensen zijn de gevangenen van het Zijn. In deze zin was de ontkerkelijking geen bevrijding, maar integendeel een zich afsluiten binnen de grenzen van de zichtbare wereld. We kunnen dit met het volgende beeld illustreren: de vissen in het water kennen het vuur niet, dat betekent niet dat het vuur niet bestaat (Maïmonides in de 12de eeuw). De rationele mens kent zijn wereld, maar heeft geen idee van wat buiten die wereld bestaat.

Om dit proberen te verduidelijken wijs ik op de ervaring die een mens kan hebben als hij geconfronteerd wordt met een boodschap die hem aan het denken zet, die hem het gevoel geeft iets mee te maken dat ’niet van deze wereld’ is, als een boodschap uit onbekend gebied. Dat is het gebied dat ik definieer als ’aan-gene-kant-van-het-Zijn’. We worden daardoor diep getroffen. Het gaat ons verstand te boven. We ervaren iets dat hoger staat dan wat menselijk mogelijk is. Een siddering gaat door ons heen. Bij wijze van voorbeeld geef ik een citaat uit een lezing van een priester (Marc Van Tente):

"Een vrouw wordt hem voor de voeten gesmeten: op overspel betrapt. De Wet zegt: “Stenig haar!” En wat denkt de Meester ervan? Jezus draait zich om en antwoordt niet. De schriftgeleerden insisteren: “Wat zegt u, Meester?” Jezus: “Wie zonder zonde is, mag eraan beginnen.” Ze staan schaakmat, en druipen af. Als alleen de gewone mensen er zijn, spreekt hij de vrouw aan: “Vrouw, ze hebben je niet veroordeeld? Ik ook niet. Ga naar huis en zondig voortaan niet meer.” Met andere woorden: Jezus breekt met het letterlijk onderhouden van wetten, van legalisme. Niet de ‘wet’ bevrijdt en redt mensen, maar goedheid en onvoorwaardelijke vergeving. (Johannes 8,1-11).

Een Griekse vrouw uit de grensstreek van Galilea komt naar Jezus: “Genees mijn dochter!” Jezus antwoord: “Ik ben gekomen met brood voor de kinderen van Israël – versta: niet voor jullie, heidenen, ‘honden’.” Maar de vrouw repliceert: “Dat kan zijn, maar eten de hondjes niet de kruimels die van tafel vallen?” Jezus staat perplex: hoe durft ze? Maar hij staat nu wel voor een dilemma: ofwel blijft hij bij zijn ‘neen’, en dan gaat hij in tegen de goedheid die hij overal rondstrooit; ofwel geeft hij toe, maar dan zondigt hij tegen de Wet die verbiedt met niet-joden om te gaan. Hij geeft toe: “Je groot vertrouwen heeft je dochter genezen!” Jezus doorbreekt de muren tussen mensen en volkeren. (Marcus 7,24-3)”.

Deze verhalen zijn al tweeduizend jaar oud. Ze zeggen ons dat vrouwen met respect en rechtvaardig behandeld moeten worden en dat we hen als gelijkwaardige gesprekspartners moeten zien. In niet-christelijke landen is dit nog steeds niet het geval. Dit bewijst dat een interventie van ’buitenaf’, dit is ’van-gene-zijde-van-het-Zijn”, noodzakelijk is om de mensen hiertoe op te roepen. Hieruit moeten we niet afleiden dat een beschaving met een christelijk fundament daarom superieur is.  Het zegt slechts dat Europa een roeping heeft om andere volkeren, door het eigen voorbeeld, hiervoor te inspireren. Door de ontkerkelijking dreigt deze roeping verloren te gaan. We leveren ons over aan het Zijn waar alleen de macht en het eigenbelang of het groepsbelang telt.

Hoeven de twee bovenstaande voorbeelden nog verdere uitleg?  Persoonlijk voel ik mij geraakt door deze twee verhalen, zo diep geraakt dat alleen een Hogere Macht, - een Wezen aan gene kant van het Zijn -, in staat is de mensen zodanig te inspireren. Het is aan u lezer om voor uzelf al of niet te erkennen dat verhalen als hierboven ons bevrijden uit de totaliteit van het Zijn.

Na de ontkerkelijking wordt het tijd weer om tot de kern van de zaak te komen. Dan is er weer hoop voor Europa. Voor de goede orde: dit is geen oproep tot bekering en evenmin tot terugkeer naar het „Rijke Roomse Leven”, maar een rationele overweging om verder te kijken dan de zichtbare wereld en ontvankelijk te zijn voor wat ons ten diepste raakt. Zoals we hevig verliefd worden op een mens, waarbij rationele overwegingen geen rol spelen, kunnen we de diepste liefde hebben voor het „aan-gene-zijde-van-het-Zijn”.


2. Normen en waarden die door mensen worden bepaald versus geopenbaarde normen en waarden

Onderzoek toont aan dat in Europa de ontkerkelijking toeneemt en dat steeds meer mensen niet meer in God geloven. Dit lijkt een overwinning van de rationaliteit op de magie en een bevrijding van vooroordelen. Er is echter meer aan de hand. Het gaat niet zozeer om het geloof in een God of om het behoren tot een kerkgemeenschap. In wezen gaat het om het al of niet aanvaarden dat er geboden zijn die niet van de mensen zelf komen. Geboden die van buiten de mensen of van bovenaf komen. Aanvaardt men dat niet dan gehoorzamen we slechts geboden die de mensen zelf hebben vastgesteld. Dit betekent dat alle geboden of, met andere woorden, onze normen en waarden relatief zijn. Zij worden bepaald door de mensen met het meest overtuigingskracht of met de meeste macht of ze worden bij meerderheid bepaald. We kunnen aldus in een situatie terechtkomen waarin de meerderheid beslist dat vrouwen zich ondergeschikt aan de mannen moeten gedragen of dat naastenliefde beperkt moet worden tot mensen van het eigen ras.

Wie tegen dit laatste fel protesteert en roept dat vrouwen en mannen gelijkwaardig zijn en dat dit evenzeer geldt voor alle rassen, moet komen uitleggen wie dat heeft bepaald.

In zekere zin willen de mensen die niet in God geloven en niet willen behoren tot een kerkgemeenschap alle prioriteit geven aan kennis. Zij maken geen onderscheid tussen kennis en wijsheid. Kennis is echter veranderlijk want de menselijke intelligentie is beperkt. Een oneindigheid van factoren bepaalt de verschijnselen die we wensen te verklaren. Dit geldt ook voor normen en waarden: in de loop van de geschiedenis is zowat alles ooit aanvaard geweest als de absolute waarheid. Ook in onze tijd kunnen tussen volkeren en groepen de opvattingen over normen en waarden diametraal tegenover elkaar staan, zodat compromissen niet mogelijk zijn.

Wijsheid echter is al meer dan 5000 jaar onveranderlijk. Neem bijvoorbeeld de Tien Geboden: die lijken toch wel essentieel te zijn voor menselijkheid en menswaardig leven op deze aarde. Helaas, elkaars vrouw niet begeren is moeilijk te accepteren, dus houden we het liever bij kennis…

Joden gaan minstens een keer in de week naar de synagoge en moslims naar de moskee. De seculiere westerse mens, de overgrote meerderheid van de bevolking, gaat nooit meer een kerk binnen of slechts bij een huwelijk of een begrafenis. De westerse mens bewijst daarmee dat hij een consument is: alleen zijn eigen behoeften tellen. Dit is het ultieme kwaad, maar dit dringt niet door tot het bewustzijn van de mensen.

Het gaat er hier niet om dat de mensen weer als brave christenen elke zondag naar de kerk moeten gaan. Het gaat erom dat in de samenleving een wekelijks moment van gezamenlijke bezinning noodzakelijk is. De studie van de Heilige Schriften is noodzakelijk voor elke mens, want daarin ligt de Wijsheid die niet door de mensen zelf werd verzonnen of bedacht. Open staan voor die Wijsheid verheft de mensheid van animaal naar spiritueel niveau. Op animaal niveau voeren we oorlog en verwoesten we ons ecosysteem. Op spiritueel niveau voelen we ons verantwoordelijk voor alle andere mensen en zijn we goede rentmeesters over de planeet Aarde.

Kortom, het gaat niet om de ontkerkelijking, maar om de dwaasheid de essentie van menselijkheid te verwaarlozen. We leven niet in een verlichte tijd, bevrijd van religie, maar in een algemene verdwazing. Het ergste is dat ook in het onderwijs de jeugd verstoken blijft van studie van de Bijbel die wijsheid bevat die het fundament is van onze westerse beschaving..

[ vergeet niet te lezen: Ontkerkelijking en de afzwakking van de moraal ]


kli[ klik op afbeeldingen voor link]


Laat je niet sussen door klimaatverdragen en door voornemens van politici voor het jaar 2050: er is slechts één oplossing om onze planeet bewoonbaar te houden en dat is met z’n allen soberder gaan leven.

Denk niet dat het met de globalisering en de multiculturele samenleving ooit goed zal komen. Er is slechts één weg om te voorkomen dat Europa het nieuwe Midden-Oosten wordt: dat is dat iedereen terugkeert naar zijn eigen cultuur om daar een beschaving op te bouwen.

Alleen door deze absoluut noodzakelijke veranderingen zal de 21ste eeuw geen veel dramatischer herhaling worden van de verschrikkingen van de 20ste eeuw. Mijn boeken werken dit verder uit (klik op afbeeldingen)k

Andere teksten:elding: 


HOME

   © Juliaan Van Acker 2024